zondag 6 december 2009

Hoe scootmobielen werken

Scootmobielen bestaan meestal uit een basiseenheid, een ketting, een zetel, een stuur, batterijen en wielen. De basiseenheid is het chassis waar de andere componenten aan gekoppeld zijn. Dit chassis voorziet in het gebied waar de voeten tussen het stuur staan en de batterijen of de ketting. De ketting is het deel dat de scootermobiel aandrijft.

Scootmobielen met voorwielaandrijving hebben een kleinere gewichtscapaciteit en zijn veel meer geschikt voor gebruik binnenshuis dan buitenshuis in vergelijking met een scootmobiel met achterwielaandrijving. Ze zijn niet zo goed op heuvels scootmobielen met achterwielaandrijving. Achterwielaangedreven scootmobielen maken gebruik van een ketting of riem en duwen de scooter vooruit terwijl scooters met voorwielaandrijving de bestuurder eerder vooruit trekken. Duwen biedt meer kracht en efficiƫntie en laat de scooter toe om steilere heuvels te beklimmen.

Scootmobielen maken gebruik elektromagnetische regeneratieve remmen die de scooter stoppen van zodra de gebruiker de besturing loslaat. Wanneer de remmen gebruikt worden, worden de batterijen opgeladen door de overtollige energie van de motor. Met dit type rem is een aparte handrem niet nodig en kan de scootmobiel op een helling geparkeerd worden zonder angst voor het wegrollen. De meeste scootmobielen hebben een vrijloop-modus, zodat de scooter verplaatst kan wordenook als hij uitgeschakeld is bijvoorbeeld in een noodsituatie.

De batterijen van een scootmobiel zijn niet hetzelfde als auto- of motorbatterijen, en mogen niet vervangen worden. Auto- en motorbatterijen zijn starterbatterijen, ontworpen om korte uitbarstingen van energie te voorzien. De batterijen van een scootmobielmoeten worden opgeladen en verzorgd zoals beschreven in de handleiding.
Het aantal wielen en de grootte en het type van de banden hebben een invloed op de stabiliteit en de rijkwaliteit van de scootmobiel. Kleinere scooters hebben meestal kleine massieve banden, die niet dezelfde kwaliteit bieden als grotere scootmobielen met grotere luchtbanden. Driewielige scooters bieden meer beenruimte en een kleinere draaicirkel ten opzichte van een vierwielscooter, maar de stabiliteit kan iets minder zijn.

Scootmobielzetels hebben vaak armleuningen en zijn draaibaar om het op- en afstappen te vergemakkelijken. De zitting is vaak opgevuld om meer comfort te bieden. Sommige modellen hebben een groter stoel die op een autozetel lijkt en zijn meer aanpasbaar dan een standaardstoel. De grotere, meer comfortabele stoelen staan doorgaans op de grotere scooters met een groter bereik waarvan de afgelegde afstand bijna het dubbele is dan die van een kleine scootmobiel. Bijna alle stoelen zijn in hoogte verstelbaar, sommige leunen zelfs achterover als een autozetel.

Het stuur dat de richting en snelheid van de scootmobiel controleert lijkt wat op een fietsstuur. De scooter wordt in beweging gezet door aan de stuurhendel te trekken of hem te duwen. Sommige modellen scootermobielen hebben een stuur waar de gebruiker aan kan trekken met de vingers (zoals een fietsrem) om de scooter te verplaatsen. Dit soort stuur is ideaal voor mensen met een erg beperkte mobiliteit of met een hand die veel beter is dan de andere. Dit betekent dat ze dezelfde hand kunnen gebruiken voor zowel vooruit als achteruit rijden. Het bedieningspaneel van het stuur omvat de batterijmeter, de snelheidsmeter, de toeter en de bediening van de lichten, indien aanwezig.scootmobielDe snelheid van scootmobielen is meestal gecontroleerd door een draaiknop, die varieert van lage snelheid tot hoge snelheid. Op sommige scootmobielen is er een schakelaar die de topsnelheid verlaagt om hem legaal te maken op het voetpad. Scootmobielen zijn ontworpen om eenvoudig te bedienen, en mogen dus niet intimiderend zijn.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten